Was niet veel aan vannacht, dus maar even een stukje Pinkstertrip herbeleefd. Hoop werk maar wel errug leuk!
======================================================
Al jaren staat een tripje naar de ‘overkant’ vrij hoog op mijn lijstje met moet-ik-nog-doen dingen. Vorig jaar had ik willen gaan, maar de motor van de kievit gaf problemen dus dat ging ‘m niet worden. Toen Jeroen begin dit jaar ineens de Jouet 37 zwaar verwaarloosd in de aanbieding zag staan gingen er voor ons beiden een wereld aan mogelijkheden open. Dit was een kans die we niet zouden laten lopen. Direct gebeld en kennelijk waren we de eersten om te reageren en hebben gelijk voor de volgende dag een kijkafspraak gemaakt. Bootje lag niet in de buurt maar voor de prijs konden we het ons veroorloven om een paar keer heen en weer te rijden..
Bootje lag zwaar verwaarloosd in de haven met een kapotte motor. De apparatuur leek vrij compleet maar wel uit een lang vervlogen tijdperk. Een antieke korte golf radio, radar en GPS, naast de ‘standaard’ apparatuur gaven de indruk van een redelijk compleet schip. De stickers her en der deden vermoeden dat het schip in haar glorietijd minimaal twee keer de Atlantische Oceaan had overgestoken. Dit was een schip waar we wel wat moeite voor wilden doen.
Na een uitgebreide werklunch waren we het er over eens dat we zouden proberen om dit schip te kopen. Tot mijn verbazing was de reactie thuis gelijk van ja, moet je doen! Die zag ik niet aankomen. De genadeklap kwam er vlot achteraan: maar dan wil ik wel een veranda achter aan het huis. Ik had al ja gezegd voordat ik me realiseerde hoeveel werk dat wel niet zou worden. Het heeft me anderhalve vakantie bijna fulltime werk gekost, maar goed dan heb ik ook wel wat. Bijkomend voordeel was dat ik lekker met hout en machines in de weer kon, allemaal goed oefenwerk voor het intimmeren van de grote boot, later…
Bij de tweede bezichtiging leek het merendeel van de apparatuur in werkzame staat zodat waarschijnlijk uitsluiten motor wisselen en accu’s vervangen voldoende zou zijn om voorlopig te kunnen varen. Met dat idee was de koop snel rond. Aan de levering van het schip zaten nog een paar haken en ogen, maar die zouden op korte termijn opgelost worden.
Begin mij was het schip nog steeds niet overgedragen en was er dus ook nog steeds niets gedaan. Dat ging niet werken want het schip moest toch echt voor de Pinkstertrip gereed zijn en klaar liggen in Den Helder of desnoods IJmuiden. Na druk overleg met de verkoper konden we dan uiteindelijk half mei eindelijk over het schip beschikken. Inmiddels hadden we al wat voorwerk gedaan en stond er een mooi blauw Perkins marine-blok thuis in de loods, compleet met keerkoppeling, dus die konden we zo ter vervanging van het kapotte blok in de boot zetten. Het uit de boot takelen van de motor kon niet in de haven waar de boot lag, maar wel aan de overkant van de Dintel, dus op een mooie dag hebben we mijn bijbootje met buitenboordmotor in de auto gelegd, een paar flinke kisten met gereedschap meegenomen en zijn we, compleet met aanhanger, naar de jachthaven aan de overkant gereden. Daar de rubberboot opgeblazen en naar de overkant gevaren om het schip op te halen. Het uit de box trekken ging prima, maar om vervolgens met de bijboot er voor vooruit te komen bleek een behoorlijke uitdaging. Na een flink kwartier manoeuvreren was het ons gelukt om een paar honderd meter te weggeblazen te worden door de aanzienlijke wind. Dit ging niet goed komen zo. Na nog een tijdje ploeteren leek het een goed idee om de rollen dan maar om te draaien, dus Jeroen de bijboot in en ik achter het roer van de Jouet. Na vijf minuten knutselen gingen we ineens heel langzaam maar zeer steady de goede kant op.
“Hoe heb je dat voor elkaar gekregen” wilde ik nog vragen maar één blik naar voren was genoeg. Gelukkig zit er een stevige helmstok op de Jouet en jammergenoeg had ik mijn telefoon of enig ander foto-apparaat in de auto laten liggen. Ik lag gevouwen van het lachen vanwege de wel heel bijzonde sleepconstructie die bleek te werken. Jeroen had de bijboot achterstevoren gedraaid en de buitenboordmotor ook. De op vol vermogen draaiende motor was het voorste deel van de combinatie geworden en trok bijboot en de 7 ton van de Jouet langzaam maar gestaag door het water. Die 7 ton hielpen in de haven ook, inertie genoeg om rustig tegen de kade tot stilstand te komen. De eerste horde was genomen. Daarna de ‘kast’ om de motor weggehaald en zijn we begonnen met sleutelen. Keerkoppeling los, diverse slangen los van de motor. Wat lopen knutselen om het gedruppel uit de retourleiding van de diesel te stoppen en naar een paar uur stevig doorwerken hadden we de motor zo goed als los en kon die er uit getakeld worden. Het lokale onderhoudsbedrijf bediende ook de kraan en haalde nog een paar laatste dingen voor ons los waarna de motor in de takels ging. Niet heel veel later stond het blok op de aanhanger en kon het grote opruimen beginnen. Bilge schoongemaakt, gereedschap verzameld, een paar zeilen in de aanhanger gegooid en de accu’s er uit gehaald. De boot kon wel een dag of wat blijven liggen dus wij naar huis om met de motor aan de gang te gaan.
Eenmaal thuis zijn we begonnen met het vergelijken van de twee blokken die we nu hadden staan. Perkins heeft deze motor vele tientallen jaren gemaakt en in die tijd ook de nodige veranderingen doorgevoerd. Eén op één overzetten ging ‘m niet worden want helemaal niets bleek hetzelfde. Balen!
Omdat mijn vakantie inmiddels weer voorbij was moest ik het motorwerk daarna aan Jeroen overlaten. Die is eerst met Fer in de weer geweest, heeft later nog een ander blok ergens uit Limburg gehaald. Later met hulp van Hans, inclusief nog wat ruzie met de koeling stond een dikke week later een motorblok dat in de boot zou passen, met directe in plaats van indirecte koeling maar verder werkend! Omdat de tijd begon te dringen is Jeroen later die week alleen teruggegaan naar de boot om de motor terug te plaatsen, wat ook gelukt is. Voor het eerst in lange tijd had de boot weer een werkende motor! De laatste dag van mei was mijn laatste werkdag van die werkperiode en had ik zomervakantie. Die ging goed beginnen met een tripje naar de UK. De dag erna ben ik met mijn vrouw naar het zuiden gereden om ook haar de boot te laten zien. Al die tijd had ze alleen maar hele bergen detailfoto’s voorbij zien komen van diverse verbeterpuntjes en motoronderdelen maar nog niet echt een totaalbeeld. Gelukkig zag zij ook gelijk wat ik in het schip zag en hebben we voortvarend de schoonmaakmiddelen ter hand genomen om de zaak wat op te frissen. Onder het grijs en groen kwam best een mooi wit dek vandaan en ook binnen was er de nodige eer te behalen! De (maan-)dag erop met Jeroen van alles weer aangesloten. Op deze manier zouden we daadwerkelijk kunnen varen!
Het plan om vanuit Den Helder of IJmuiden te vertrekken was inmiddels al aangepast naar een vertrek vanuit Zeeland. Dichtstbijzijnde zeehaven was Stellendam, dus het plan was aangepast naar vanuit daar vertrekken. Echter vanwege de vrij stevige wind werd het Slijkgat waar we doorheen zouden moeten snel onaantrekkelijk. We kregen toen de suggestie om naar Roompot te gaan en vandaar te vertrekken. We hadden kaarten van Zeeland, inmiddels ook elektronische en doordat ik mijn marifoon en AIS over had gezet op de Jouet kon ik op mijn MacBook prima volgen wat we aan het doen waren.
Die maandag ging het ons niet meer lukken om de boot te verplaatsen, dan de volgende dag maar. Dat verplaatsen heeft dan toch nog heel wat voeten in de aarde. Logistiek moet er een en ander gebeuren, zeg maar. Omdat het voor ons beiden niet om de hoek is en er weinig lokale hulpbronnen zijn kon het gebeuren dat we met twee auto’s onderweg waren naar Roompot om daar dan met één auto terug te rijden naar Dinteloord, daarna met de boot terug naar Roompot, dan weer terug terug met de andere auto en daarna door naar huis.. Zo kom je nog eens nergens en zie je nog eens niks. De afspraak bij Roompot ging goed, we konden het allebei vinden en dat ook nog rond de afgesproken tijd. Dat begon goed. Daarna mij mijn auto richting Dinteloord. Dat bleek toch nog een hele opgave. Eigenwijs als we beide zijn rijden we de Zeelandbrug op terwijl er net aangegeven wordt dat die gestremd is. Zal onze tijd wel duren, vonden wij. Not! Na een kwartier stil staan op de brug hoorden we op de radio er kort ervoor helaas een dodelijk ongeval was geweest en dat de weg nog enige tijd gesloten zou blijven. Daar kan ik veel begrip voor opbrengen dus op de brug gekeerd en een alternatieve route gezocht om bij de haven te komen. Dat bleek niet mee te vallen. Zeeland is, gelukkig, de randstad niet er zijn aanzienlijk minder wegen en, ook gelukkig, veel water. Dus omrijden krijg je er gratis bij.
Veel later dan de bedoeling waren we dan eindelijk in Dinteloord. Daar aan boord gegaan en het plan was om even bij de kraan te stoppen om de lijnen met de hogedruk spuit schoon te spuiten en dan op pad te gaan. Dus gaat Jeroen naar beneden om de motor te starten. Stroom erop, niets…
Hoe kan dat nu weer? Multimeter erbij, accu was stampvol dus daar kon het niet aan liggen. Startmotor had nog niet eerder problemen gegeven dus ook daar verwachtten we het probleem niet. Wél wisten we dat het oude blok door water stuk was gegaan, dus eerst maar eens proberen of we de krukas konden draaien. Ik naar het onderhoudsbedrijf om een grote steeksleutel te lenen zodat we konden draaien. Mooi niet dus! Daarna de verstuivers losgedraaid. Nu konden de de krukas wel ronddraaien en kwam er ook ineens water op plekken tevoorschijn waar je het niet wil hebben. Nadat het water er uit was hebben we alles weer vast geschroefd en een nieuwe startpoging gedaan. Gelijk lopen, pfff dat scheelt!
Daarna ons plan vervolgd om de lijnen en het dek nog eens schoon te spuiten. Jeroen was zich lekker aan het uitleven en het water spatte samen met het vuil alle kanten op. Nadat dat geregeld was was het tijd om te vertrekken. We hadden nog flink wat uurtjes te gaan en moesten daarna ook nog zeker drie uur naar huis rijden, dus voor treuzelen was geen tijd meer. Dus stroom op de startmotor en … weer niets. Huh?!?! Dit was niet grappig meer. Alles was dicht en de grote steeksleutel was alweer ingeleverd. Hoe gingen we dit nu fixen? Terwijl ik met mijn telefoon op zoek was naar de dichtstbijzijnde bouwmarkt herinnerde Jeroen zich ineens dat we in het dorp langs een bouwmarktje gereden waren. Het was bijna half zes dus ben als een idioot naar mijn auto gerend, gelukkig met geld, telefoon en autosleutels en terug het dorp in gereden. De haast bleek de moeite waard want net voor sluitingstijd kon ik naar binnen glippen op zoek naar iets waarmee de motor rondgedraaid zou kunnen worden. Na enig zoekwerk bleek er zowaar een stevige pijpsleutel -of hoe zo’n ding dan ook mag heten- beschikbaar te zijn. Alternatieven waren er niet dus met frisse tegenzin deze ongeplande aderlating ondergaan en even na sluitingstijd stond ik weer buiten.
Omdat ik nu zeker wist dat het laat zou gaan worden en het nog maar de vraag was of we überhaupt wel zouden vertrekken heb ik gelijk ook de plaatselijke snackbar maar beroofd, zodat we in ieder geval met een volle maag op pad konden. We hebben ons de maaltijd goed laten smaken en zijn daarna weer aan de slag gegaan met de motor. Het bleek hetzelfde euvel als eerder die dag. Hoewel het een rotklus was hadden we inmiddels voldoende ervaring in huis om deze klis redelijk snel te klaren. Zo konden we dan, met een flinke vertraging, eindelijk vertrekken.
Nadat we de sluis voorbij waren en koers gezet hadden khet Volkerak op richting de krammersluis was toch duidelijk merkbaar dat er een hele grote zeehaven in de buurt was. Voor mij ongekend veel binnenvaart en dan geen kleine jongens. Dat is toch wat anders dan wat je op de Zaan en het Alkmaardermeer tegenkomt. Gelukkig is er voldoende vaarwater om ze niet in weg te hoeven zitten. Tot mijn verbazing konden we met staande mast zonder probleem onder de brug door en ook de sluis draaide lekker vlot. Daarna vervolgden we het vaarwater richting de Oosterschelde en onze laatste obstakel van vandaag, de Zeelandbrug. Ik had de stille hoop dat het ongeval van eerder die dag voor de opening van de brug geen verschil zou maken. Zoniet dan waren we in plaats van op de Oosterschelde up shit creek. En hoewel ik niet precies weet wáár dat is weet ik wel dat dat niet goed is. Rond een uur of elf, het was inmiddels goed donker geworden, viel me iets verontrustends op. De batterij indicator stond op maar liefst 3%. Ik had ‘m al maximaal in de besparingsmodus gezet en regelmatig in de slaapstand gezet omdat het vaarwater goed te volgen was. We waren namelijk een klein probleempje tegengekomen. Ik was er al achter maar Zeeland is best groot. Zo groot zelfs dat, net als voor de Wadden, de zeekaarten opgesplitst zijn in twee sets. Je raad het natuurlijk al, wij hadden alleen de noordelijke set aan boord. De elektronische navigatie was dus het enige wat we nog hadden. Nu ook die dreigde weg te vallen moesten we snel schakelen om problemen te gaan voorkomen. Misschien kan ik beter schrijven verder problemen. Mijn handmarifoon beschikte over GPS dus daar snel een waypoint ingezet die de haveningang markeerde. Verder de kaart goed in me opgenomen en snel een schets gemaakt van de route die zouden moeten vervolgen.
De Zeelandbrug was nog steeds gestremd voor het wegverkeer. Na telefonisch overleg bleek hij gelukkig niet gestremd voor de scheepvaart. Even na elven passeerde we die ook op zeeniveau zeer imposante brug. Niet lang daarna ging mijn laptopscherm op zwart en gingen we verder met plan B, of waren we al verder in het alfabet? Dat plan hield in dat we heel, maar dan ook heel goed de dieptemeter in de gaten gingen houden. Die gaf op dat moment ruimt 40m aan dus water genoeg onder de kiel. We hebben zo op het gevoel de geul gevolgd. Zo nu en dan liep de dieptemeter ineens rap terug naar 4m. Reden om direct terug te draaien en niet veel later stond er dan weer een geruststellende 30m of meer onder de kiel. Jeroen had nog genoeg ‘juice’ en bereik in zijn telefoon om google maps er bij te pakken en zo kwamen we dan een paar uur later bij de haven van Roompot. Vlak voor de haven ging het nog bijna mis. Omdat niet helemaal duidelijk was aan welke kant we de laatste ton moesten passeren hebben we de volgens ons meest logische gekozen, rechts passeren. Helaas voelden we vrij vlot daarna de kiel over de bodem schuren. Dat was ‘m niet. Gelukkig hielp direct achteruit varen en even laten passeerden we de ton aan de goede kant en waren we eindelijk in de haven!
Na het aanleggen hebben we de onderweg gemaakte stop-checklist doorlopen: waterkraan dicht, beetje gas erop totdat er geen water meer achter uit de uitlaat spuit, bij de motor wat aftap kraantjes open totdat die ook droog is en dan motor uit. Niet echt handig en een hoop geklooi, maar hopelijk voorkomt dit problemen bij de volgende start. Dat de impeller dit misschien wat minder leuk vind is dan jammer. Had ie maar wat anders moeten worden.
Rond een uur of een reden we dan eindelijk richting Dinteloord om mijn auto te halen. Niet over de Zeelandbrug, want die was nog steeds gestremd voor het wegverkeer. Uiteindelijk waren we beiden, helemaal op, nét voor zonsopkomst thuis. ’s Avonds zouden we weer terug gaan voor de daadwerkelijke trip. Wat een heen en weer gerij zeg!