Ik ga even de knuppel in het hoenderhok gooien
Ik bouwde in '73 mijn eerste VW buggy op een 1959 Kever bodem, 6V installatie. Gebruikte daarbij zoveel mogelijk de originele draadboom uit de Kever en kreeg dan ook meteen te maken met de nadelen van 6V.
1e les: Geen verbindingen of onderbrekingen maken! Gebruik zoveel mogelijk draad of leiding in 1 lengte. (6V vraagt veel stroom voor hetzelfde vermogen en elektrolytische corrosie is er zo maar, in de vorm van een soort bloemkolen of broccoli op de las)
2e les: Niet solderen of vertinnen van de draadeinden! Al zeker niet met S39! (HCl en ZnCl combinatie) Adereind hulzen gebruiken! (van AMP) en de litze (bundel van kleine koperdraadjes) in de leiding (als ze nog schoon zijn) invetten met een waterbestendig en zuurvrij vet (ik gebruik PX7 maar YELLOW BOAT gebruikt silicone of kranenvet, heb ik gelezen). Geen vaseline gebruiken, dat verdampt of bij verhoogde temperatuur loopt het weg.
Zijn de aders bruin geoxideerd... nieuwe leiding gebruiken, de oude geoxideerde leiding is een abonnement op ellende.
3e les: Daar waar je 'last' ook de lasklemmen helemaal invetten. Ik deed dat door de PX7 te verwarmen in kokend water (au bain marie) en het vloeibare vet
IN DE KROONSTEENTJES te laten lopen tot ze helemaal vol zijn (ook de opstaande randen van de schroefgaatjes). Voor de zekeringkastjes gebruikte ik een klein borsteltje of kwastjes om de PX7 goed in de contacten te smeren. Zekeringen (aluminium/messing contact): alleen de contacten licht invetten (moleculair dunne laag), als ze door smelten wordt het namelijk erg warm! (duhuh!) Hetzelfde borsteltje gebruikte ik om de contacten in het lamphuis van achterlichten, richtingaanwijzers, nummerplaatverlichting en koplampen licht in te vetten (goed opletten dat je het tin van de lamp eerst even schoonwrijft voordat je het vet aanbrengt).
Neem je deze maatregelen, dan kun je best kroonsteentjes gebruiken en je verlichting werkt in de meest slechte omstandigheden nog goed. De lessen die ik leerde kwamen voort uit de aansluiting van de achterlichten van mijn buggy; deze waren gelast door middel van kroonsteentjes
IN DE WIELKASTEN. In eerste instantie ging dat goed tot na de eerste regenbui, daarna groeiden er allerhande bloemkolen en broccoli op de lassen en was de kroonsteenrij rood verroest. Daarna; alles afgeknipt, nieuwe kroonsteenrij gemonteerd (helemaal volgegoten met PX7) en adereind hulzen gebruikt (ook vol gesmeerd met PX7) en de koperdraadjes in de warme PX7 gedoopt. Daarna 5 jaar zonder problemen door weer en wind en regen en pekel(!) gereden.
Ik heb maar een klein bootje en geen ruimte voor rijen klemmen op een DIN rail. Het staat wel chique en overzichtelijk maar het heeft geen meerwaarde tenzij je veel van je tijd wilt besteden aan het veranderen van de elektrische installatie om het geheel aan te passen op een nieuwe verbruiker.
Ook marifoonantenne kabels en contacten (en daar loopt theoretisch een minuscule wisselstroom door) behandel ik op deze wijze met een heel goed resultaat (en vette vingers die je met wasbenzine schoon moet maken). Voor de grotere draaddoorsneden gebruik ik liever de schroefogen dan de 'crimp' ogen en vet ze 'lekker' in. De Scotchlock® klemmen (van 3M) gebruik ik ook met vet (slechte ervaring als ze zonder vet worden gebruikt).
A propos: bij het gebruik van kroonsteentjes moeten de aders onder beide schroefjes worden geklemd, niet onder 1 schroefje (MTS E van 1970 tot 1974 in Apeldoorn), dus de adereind hulzen moeten lang genoeg zijn voor het betreffende kroonsteentje. (off topic) En nee, de VD 2,5 en 1,5 moet je niet invetten als je ze in een Conex lasdop draait (je hebt geen idee hoe heet die soms worden en dan kan het vet ontbranden). (/off topic)
Kroonsteentjes in een natte omgeving met gelijkstroom... het gaat heel goed als je de goede voorbereidingen maar treft en het monteert lekker klein!
Groet, Peper.